Verzorgende filmt dementerende vrouw die lijntje poeder(suiker) snuift. Reden voor ontslag?

Enid Wolters
10 december 2021
Arbeidsrecht

Verzorgende filmt dementerende vrouw die lijntje poeder(suiker) snuift. Reden voor ontslag?

 

Wat was er aan de hand?

Werkneemster (26 jaar oud) is sinds 2008 in dienst bij Viva! als verzorgende IG & Welzijn. Viva! is een zorginstelling die diensten aanbiedt op het gebied van wonen, welzijn en zorg. In de functie van Verzorgende IG & Welzijn heeft werkneemster dementerende ouderen onder haar hoede. Op 6 januari 2021 ontvangt Viva! een melding van een collega van werkneemster over een voorval met poedersuiker dat op 31 december 2020 heeft plaatsgevonden. Werkneemster en een collega zijn bij dit incident betrokken geweest. Drie collega’s van werkneemster hebben onafhankelijk van elkaar het volgende verklaard:
 

‘Zij hoorden werkneemster en haar collega op 31 december 2020 in de middag hard lachen. Toen werd gevraagd wat er te lachen viel, werd hen door de collega – in het bijzijn van de bewoonster – een filmpje getoond. Werkneemster was ook aanwezig toen dat filmpje werd getoond en lachte. Op dat filmpje was een wit lijntje te zien, lijkend op een lijntje cocaïne. De bewoonster was ook op het filmpje te zien. Zij had een rietje in haar hand en hield dat in de buurt van haar gezicht. Werkneemster had gedaan alsof zij poedersuiker snoof en de bewoonster werd door werkneemster aangemoedigd het lijntje te snuiven (met aanmoedigende woorden als ‘ja doe maar,  doe maar’ en/of ‘je moet hem in je neus’ of woorden van gelijke strekking). Het voorval is gefilmd en werkneemster heeft het filmpje doorgestuurd gekregen van haar collega. Er werd lacherig over het filmpje gedaan door werkneemster en haar collega. Na het tonen van het filmpje is de bewoonster meegenomen door collega’s. zij was ontdaan en voelde zich voor schut gezet’.
 

Na de melding heeft Viva! werkneemster en haar collega geconfronteerd met het filmpje en om een reactie gevraagd. Naar aanleiding van deze gesprekken heeft Viva! besloten het voorval extern te laten onderzoeken door Hoffmann Bedrijfsrecherche. Werkneemster is diezelfde dag (7 januari 2021) op non-actief gesteld. Op 21 januari 2021 heeft Hoffmann een schriftelijk rapport uitgebracht, waarna en op 22 januari 2021 heeft Viva! werkneemster uitgenodigd voor een gesprek op maandagochtend 25 januari 2021. Tijdens het gesprek op 25 januari 2021 heeft Viva! de onderzoeksresultaten voorgehouden aan werkneemster, waarna zij op staande voet is ontslagen wegens haar betrokkenheid bij het voorval.

 

Vervolg

Werkneemster is het niet eens met het aan haar verleende ontslag op staande voet en verzoekt de kantonrechter primair om het ontslag op staande voet te vernietigen. Werkneemster stelt dat de gedragingen van 31 december 2020 niet kwalificeren als een ernstig vergrijp en geen dringende reden opleveren voor een ontslag op staande voet. Bovendien zou het ontslag op staande voet niet onverwijld (dus niet tijdig) gegeven zijn.

 

Ontslag op staande voet (algemeen)

Ingevolge artikel 7:677 lid 1 BW moet een ontslag op staande voet onverwijld worden gegeven, met gelijktijdige mededeling van de dringende reden voor dat ontslag. Als dringende reden worden ook beschouwd ex artikel 7:678 lid 1 BW: zodanige daden, eigenschappen of gedragingen van de werknemer, die ten gevolge hebben dat van de werkgever redelijkerwijs niet verlangd kan worden de arbeidsovereenkomst te laten voortduren. Bij de beoordeling van deze vraag, moeten alle omstandigheden van het geval, in onderling verband en samenhang, in aanmerking worden genomen. Waaronder de aard en ernst van hetgeen de werkgever als dringende reden aanmerkt en verder onder meer de aard en duur van de dienstbetrekking, de wijze waarop de werknemer deze heeft vervuld, alsmede persoonlijke omstandigheden van de werknemer, zoals de leeftijd en de gevolgen van een ontslag op staande voet.

 

De beoordeling door de kantonrechter

De kantonrechter oordeelt dat het ontslag op staande voet rechtsgeldig is gegeven en gaat op de verschillende (aangevoerde) argumenten in die door werkneemster zijn aangevoerd in.

 

Onverwijldheid

Ter zake van de onverwijldheidseis overweegt de kantonrechter dat Viva!, na het ontdekken van de als dringende reden kwalificerende handeling, onverwijld heeft gehandeld. De kantonrechter stelt vast dat Viva! met de nodige voortvarendheid heeft gehandeld. Verder wijst de kantonrechter erop dat er gelegenheid is voor het instellen van een onderzoek, het horen van de werknemer, voor intern overleg en voor het inwinnen van (juridisch) advies. Bovendien wordt van een goed werkgever verwacht, mede vanwege de belangen van betrokken werknemers, dat eerst deugdelijk onderzoek wordt gedaan, voordat verstrekkende conclusies worden getrokken. De handelswijze van Viva! getuigt dus van zorgvuldigheid, zodat het tijdsverloop haar niet kon worden tegengeworpen.

 

Dringende reden

De kantonrechter oordeelde in deze zaak dat de gedragingen van de werkneemster als een dringende reden voor het ontslag op staande voet kwalificeren. Hierbij achtte de kantonrechter van doorslaggevend belang dat werkneemster en haar collega werkzaam waren met een kwetsbare doelgroep, die volledig afhankelijk is van de zorg van (het personeel van) Viva!. Het is een kerntaak van de zorgmedewerkers van Viva! om een veilige leefomgeving voor deze bewoners te creëren. In het naleven van deze kerntaak zijn Werkneemster en haar collega ernstig tekortgeschoten.

 

Persoonlijke omstandigheden

De door werkneemster aangevoerde persoonlijke omstandigheden hebben de kantonrechter geen aanleiding te geven om tot een andere conclusie te komen over het verleende ontslag op staande voet. Ondanks dat werkneemster 12,5 jaar werkzaam was bij Viva!, zij geen gemakkelijke thuissituatie heeft en tevens de financiële lasten voor haar partner draagt, kan het volgens de kantonrechter niet tot het oordeel leiden dat het ontslag op staande voet niet rechtsgeldig gegeven is.

 

Conclusie

Kort en goed oordeelt de kantonrechter dat het ontslag op staande voet van werkneemster rechtsgeldig gegeven is en worden de verzoeken van werkneemster afgewezen. Werkneemster heeft haar kerntaak, het zorgen voor dementerende ouderen, ernstig geschonden en dat dit leverde een dringende reden voor het ontslag op staande voet van werkneemster op.

 

Wat leert deze uitspraak ons?

Als werkgever is het niet verstandig om lichtzinnig over te gaan tot het verlenen van een ontslag op staande voet. Het is immers de meest verstrekkende maatregel in het arbeidsrecht. Om die reden kan het raadzaam zijn (als de situatie zich daarvoor leent) om een werknemer eerst op non-actief te stellen, waarna de werkgever de mogelijkheid krijgt om onderzoek te plegen naar het incident dat zich heeft voorgedaan. Ik zou mij goed kunnen voorstellen dat je als werkgever met het constateren van een situatie als hierboven beschreven meteen doorpakt en over gaat tot het ontslag op staande voet. Dat heeft Viva! juist niet gedaan en gekozen voor een nader (extern) onderzoek. Hierdoor kan het enige tijd duren voordat het ontslag op staande voet aan de werknemer gegeven wordt. Veelal wordt dan door de werknemer gesteld dat de werkgever niet voldaan zou hebben aan de onverwijldheidseis, hetgeen tot gevolg kan hebben dat het ontslag te laat is verleend en daardoor vernietigbaar is.

 

In deze zaak gebeurde dit eveneens, maar de kantonrechter is daar niet in meegegaan.  De werkgever heeft correct, zorgvuldig en voortvarend gehandeld door eerst Werkneemster zelf te horen, onderzoek te doen naar het incident en op grond van de uitkomst van dit onderzoek haar conclusies te trekken, intern overleg te voeren en (juridisch) advies in te winnen, waarna zij vervolgens op korte termijn is overgegaan tot het verlenen van het ontslag op staande voet aan Werknemer. Dat deze periode een paar weken kan duren, maakt deze uitspraak duidelijk.

 

Een belangrijke tip aan werkgevers die mogelijk voor dezelfde keuze staan is om niet klakkeloos over te gaan tot het geven van een ontslag op staande voet. Het kan verstandig zijn, als de situatie zich daarvoor leent, om eerst de werknemer te horen, dan de werknemer op non-actief te stellen en om vervolgens (juridisch) advies in te winnen. Uiteraard moet de werkgever hierbij wel voortvarend te werk gaan, zodat voldaan wordt aan de onverwijldheidseis. De arbeidsrechtadvocaten van Knuwer advocaten Alkmaar kunnen u hier uiteraard bij helpen en in bijstaan.

De vindplaats van deze uitspraak is: ECLI:NL:RBNHO:2021:10069

 

Dit artikel is geschreven door mr. Enid Wolters van Knuwer advocaten Alkmaar.

 

Enid Wolters is advocaat bij Knuwer advocaten Alkmaar en behandelt onder meer zaken op het gebied van arbeidsrecht, burenrecht, erfrecht en het personen- en familierecht. Indien u vragen heeft kunt u altijd vrijblijvend telefonisch contact met haar opnemen.

Contact: wolters@knuweralkmaar.nl of 072-2001040 (direct).